Oma’s Surinaamse nasi is zo’n gerecht dat niet veel nodig heeft om je meteen thuis te laten voelen. Het is eenvoudig, maar de smaken zijn altijd precies goed. Ketjap, sojasaus, knoflook en gember geven de nasi zijn diepte, terwijl pimentpoeder en een maggi-blokje het afmaken. Het is het soort gerecht dat vaak op de eettafel verschijnt na een drukke dag of wanneer de familie bij elkaar is. Elke hap roept herinneringen op aan de momenten samen en het heeft die vertrouwde, hartverwarmende smaak, die door de jaren heen hetzelfde is gebleven. Een recept dat niet alleen vult, maar ook een beetje van oma’s liefde in elke lepel brengt.
Vind je onze Surinaamse Nasi lekker? Dan is deze Surinaamse bami ook vast en zeker wat voor jou.
Bereiding van de Surinaamse Nasi
Zet alvast de rijst op en bereid deze volgens de beschrijving van de verpakking.
Snipper het uitje, hak de knoflookteentjes fijn en rasp ook de gember. Snijd verder alvast de kipfilet in blokjes.
Schenk een beetje olie in een wokpan en fruit hier de knoflook, ui en gember in. Voeg dan de pimentpoeder en het maggi-blokje toe aan de pan. Mocht je trassie gebruiken, dan kun je deze nu ook toevoegen.
Voeg nu de kipfilet toe aan de pan en bak deze ongeveer 3 minuutjes mee. Zet dan het vuur wat zachter en doe de sojasaus en ketjap manis in de pan. Roer alles goed door elkaar heen. Voeg dan de rijst toe en schep alles goed door elkaar, zodat elke korrel rijst bedekt is met de saus. Bak alles nog eventjes op wat hoger vuur een aantal minuten door. De kip zal dan gaar zijn en de rijst goed gebakken.
Als laatste voeg je de doperwten en selderijblaadjes toe.
Schep de Surinaamse nasi op en eet het wat zoetzure komkommer.
Geniet ervan!
